Chemici Lotte Schreuders (28), Mimi den Uijl (28) en Noor Abdulhussain (29) werden tijdens hun scheikundig carrièrepad al snel blootgesteld aan stereotyperingen en vooroordelen. De nerd, de witte man in labjas én weinig vrouwen en diversiteit. De bèta-dames richtten Sisters in Science op. Als tegengeluid op het, ietwat stoffige imago, dat om de scheikundige heen hangt.
Waarom kiest een 18-jarig meisje voor de opleiding tot chemicus?
“Mijn scheikunde-lerares op de middelbare school moedigde mij aan. Met haar kon ik me identificeren. Maar ook het feit dat er weinig vrouwen in deze branche werkte, intrigeerde me”, vertelt Lotte. Mimi: “Op school verborg ik het feit dat ik hoge cijfers haalde. Uiteindelijk koos ik toch wel voor een richting als chemicus. Ook ik had vooroordelen over dat vakgebied en een beeld van nerds in laboratoria.” En Noor: “De scheikundige wereld trok mij als bèta-denker. Maar ik merkte ook dat er weinig andere vrouwen waren. Het ontbrak aan diversiteit.”
En die ongelijke man-vrouw verhouding, waar zien jullie dat aan?
Lotte: “Hoe hoger je komt, hoe minder vrouwen. Onder de hoogleraren is 25,7 procent vrouw. Daardoor hebben vrouwelijke studenten geen rolmodel. Daarnaast heerst er een cultuur van concurrentie en afgunst onderling bij de vrouwelijke wetenschappers. Vrouwen proberen andere vrouwen uit te schakelen omdat ze een plek willen bemachtigen.”
Met welke stereotypes en vooroordelen kregen jullie te maken?
“Ooit presenteerde ik mijn onderzoek aan een groep hoogstaande chemici. Een vrouwelijke wetenschapper vroeg aan mij wat ik leuk vond aan mijn onderzoek. Even later vroeg ze verderop aan een mannelijke onderzoeker wat zijn ambities waren. Die jongen was pas net begonnen en ik was al een stuk verder. Maar mijn ambities vond die mevrouw toch minder interessant. Ik twijfel nog steeds of ik beschik over kwaliteiten om ooit professor te worden. Daaraan zie je dat stereotyperingen funest zijn.”
We associëren de chemicus met de oude, witte man in een labjas. Waarom is dat?
“Dat beeld geven we als maatschappij door aan de jongere generatie. We lopen talent mis door dat stereotyperen. Kijk naar series als The Big Bang Theory, waarbij de wetenschappers voornamelijk als nerds worden neergezet. En Breaking Bad gaat over een witte oude man. Het begint eigenlijk al bij de kinderboeken en hoe we daarin wetenschappers portretteren. Dat moet anders.”, vertelt Lotte. Mimi haakt in: “Daarnaast loopt het carrièrepad van vrouwelijke wetenschappers gelijk aan de biologische klok. Dan moet een vrouw kiezen tussen een onzekere academische competitieve carrière, of een carrière met meer zekerheid in de industrie mét een beter salaris.” Noor: “Als die vrouwen uit de academische wereld stappen, zien we dus ook geen succesvolle vrouwelijke chemici. Er zijn nu eenmaal weinig beta-vrouwen en ook weinig chemici van kleur.”
Wat moet er anders in die laboratoria?
“Binnen de wetenschap kennen we een hiërarchie-systeem. Maar ik heb geleerd dat je elkaar nodig hebt. Diversiteit en inclusie gaat namelijk niet alleen over religie, geslacht of afkomst, maar bijvoorbeeld ook over opleidingsniveau. Waarbij mbo’ers, hbo’ers en wo’ers met elkaar samenwerken. Je kijkt niet naar de individuele prestatie, maar naar het gezamenlijke resultaat. Als we die werkwijze erkennen, worden ook de vooroordelen minder”, aldus Noor.
Welk verschil hopen jullie met Sisters in Science te maken?
“Met Sisters in Science richten we ons op drie doelgroepen. Scholieren die twijfelen of beïnvloed worden door een negatief stereotype. Maar ook studenten die wij stimuleren om te blijven hangen binnen de wetenschap. En tot slot proberen we via de media een breder publiek te bereiken. En op die manier het stereotype “scheikunde-nerd” te doorbreken”, benadrukt Mimi. Lotte: “Simpelweg in gesprek gaan maakt verschil. Zodat we ons kwetsbaar durven op te stellen en erkennen dat we allemaal wel eens terugvallen op vooroordelen. Net zoals wij dat ook als jonge meisjes deden.”